Leven met de natuur, mooier wordt het niet. Tussen de amandelbomen, verse vijgen, geur van eucalyptus en wilde jasmijn. Zo vaak las ik romans waarin ik werd betoverd door een mediterraan land. Geurende lavendelvelden die mij deden verlangen naar eenzelfde reis. Vrijuit leven in de boomgaarden vol oranjebloesem of wandelend over kronkelende weggetjes langs velden met olijf. De bladzijden dwarrelden mijn hart binnen en ik keek ver voor me uit. Veel had ik er voor over om die beroering zelf te voelen.
Om de zoetste geschenken van de natuur met al mijn zintuigen te proeven, op en top gelukkig te zijn.
Nooit had ik verwacht dat ik deze keer, onhandig geknield in een hobbelende jeep, middenin een levensechte droom zou zijn. Het speelde zich allemaal af tijdens een inspiratiereis naar de Algarve. Op een zonnige dag reden we nietsvermoedend het binnenland van de Algarve in. Onder leiding van de Portugees George. Ik zat achterin met Jorieke, een schrijvende mama zoals ik. Een geweldig lief mens met een open mind en een creatief hart. Samen met haar man en drie kinderen leidde ze een heus horecaleven, maar langzaam kwam er ruimte voor haar creatieve kant. En dus was ze aan het schrijven geslagen, over bijzondere plekjes zoals deze.
We wisten allebei niet wat ons te wachten stond, behalve dat we achterin een jeep hobbelden door het Portugese achterland.
Met enige moeite konden we langs de hoofden van de andere passagiers zien wat het pad ons brengen zou.
We staarden in de verte en dwaalden in gedachten af naar ons gezin.
Totdat George ineens op de rem trapte, iets wat later de gewoonte bleek te zijn. Hij pakte zijn zakmes en sneed een stukje van een agave plant. Hij trok er een paar draden uit en begon te vlechten. Een echte sisal mand. Jorieke en ik keken elkaar met een grote glimlach vol verbazing aan: uniek, gewoon hier langs de weg! En dat was nog maar het begin. Het ene na het andere kruid trok hij uit de berm. Tijm, rozemarijn, laurier, we konden onze zintuigen niet geloven en ons lichaam sloeg op hol. Zomaar middenin de natuur. Langs de kant van de weg. Alsof we door de keuken reden.
We verzamelden alle kruiden uit de wilde natuur en vulden onze rugzakken met de overweldigende geur.
Ondertussen ritselden de takken met jonge olijven langs de jeep en gleden de sinaasappels over het dak. Met onze camera’s in de hand probeerden we ons staande te houden terwijl George het landschap verkende; totdat we rakelings langs de amandel en vijgenbomen reden. Mijn hart sloeg over. Dit was het, ik was in mijn eigen boek beland.
Ik was die vrouw in het verhaal vol verlangen.
Niet op zoek naar de liefde of een geheim, maar dolgelukkig middenin de wilde gewassen, tussen de deugdelijke zoetheid van de Algarve.
Niet veel later stopten we bij een afgelegen dorpje en sprongen we uit de jeep. Samen met Jorieke liep ik de boomgaard in. Het tafereel was te mooi waar te zijn. Rechts de vijgen en links de amandelen in bloei. Natuurlijk moest ik ze aanraken, strelen over de fluwelen groene huid. Hier voelde ik me thuis en begrepen. Door de natuur, en die andere vrouw. Want terwijl ik op mijn tenen stond om de amandelen te plukken, hoorde ik een klik. De camera van Jorieke, omdat ze doorhad hoe gelukkig ik was.
Gek genoeg rolden enkele uren later de tranen over mijn wangen.
Op een geheel ander moment. Onze George was de hoge bergen ingereden en scheurde zonder enige aarzeling langs de afgrond. Voorin de jeep werd er gezongen en was iedereen blij. Maar ik werd stiller en doodsbang. De achterwielen van de jeep gleden alle kanten op en ik hield het even niet meer vol. “Hoe lang gaan we dit nog doen?” riep ik angstig uit. Geschrokken keek iedereen achterom. “Ga staan!” riep George, “en adem diep in.”
Ik dook met mijn hoofd boven het open dak van de jeep uit en keek de verte in.
De olijfbomen probeerden me gerust te stellen en een woud aan kurkbomen keek me beschermend aan. Ook Jorieke stelde me gerust. Maar ik gaf me verloren. De tranen rolden eruit. Misschien lag het aan mijn nachten zonder slaap, de diepe beroering door de natuur of het gebrek aan controle over deze weg. Ik voelde me nu vooral heel klein.
Alsof hij mij al jaren kende, wist George precies wat hij moest doen.
Mij terugbrengen naar de natuur. Hij remde en haalde opnieuw zijn zakmes tevoorschijn. “Hier, eucalyptus. Wrijven en diep inademen, zodat het je voorhoofd binnendringt.” “Dat moest ik ook doen tijdens de bevalling,” vertelde Jorieke. “Het helpt echt. Je wordt er rustig van.”
Ik knikte en liet mijn laatste tranen gaan.
Terwijl de eucalyptus mijn emoties verzachtte, vertrok de spanning uit mijn lijf. Niet veel later gaf George het volgende medicijn; pepermunt, hetzelfde recept. Mijn glimlach verscheen en de omgeving lachte me weer tegemoet. Ondertussen keerden we via een bergweggetje terug naar het dal. Een verhaal geschreven. En onverwacht diep geraakt.
Over deze reis schreef ik ook twee informatieve artikelen in opdracht van het platform MamsAtWork. Een artikel over familieparken in de Algarve; 8 stuks op een rij. En een tweede artikel genaamd 6 leuke dingen om te doen met je kinderen in de Algarve.